Binnenkort op Mooimuziek

» Verboden Muziek
» De Hemelse X Factor van Rebecca Ferguson

gepubliceerd op zaterdag 30 augustus 2008

7 regels voor covers spelen

Covers kunnen geweldig zijn maar ook het origineel hartverscheurend verneuken. Ik heb nou zo vaak treurig makende artiesten een absoluut affreuze performance horen geven waarvoor ze hopelijk voor eeuwig in de hel zullen branden dat ik dan hier maar een paar geboden neer zet waar iedere coverband zich aan zou moeten houden. Leest u even mee?

regel 1: Er is maar een origineel en dat is het origineel.
Dus als je dan per se iets moet coveren, doe het dan niet klinken alsof het gewoon een kopie van het origineel is. Dat slaat namelijk nergens op. En waarom moeten we dat Rod Stewart eigenlijk uitleggen? Maar feit is dat zijn 'Downtown Train' niets, maar dan ook werkelijk niets toevoegt aan het meesterwerkje van Tom Waits.

regel 2: loop niet te klooten met de tekst.
Ok, De frontman van Ambrosia is ook flink in de heer, maar dat wil niet zeggen dat je dan gelijk ook met terugwerkende kracht van de klassieker 'You're the biggest part of me' een lofzang op de Here moet maken. En geloof me, God hield ook meer van het origineel.

regel 3: Hard rock laten coveren door een Boy Band mag niet!
Je verwacht een stadion-geluid met aanzwellende gitaren, maar in plaats daarvan kwelen de engeltjes van NSYNC pips 'A man I'll never be' van Boston. Heel Eng!

regel 4: cover niet je eigen songs.
Dus als je frontman dood is, kap dan met die band. Michael Sweet is niet Brad Delp, Paul Rodgers is geen Freddie Mercury. Ook al heeft ie een goede stem en haalt ie de hoge noten best redelijk, ik krijg gewoon het verkeerd soort kippevel als ik Paul Rodgers zonder spoor van ironie 'And bad mistakes, I've made a few ' hoor zingen. Ja Paul, dat weten we, nou jij nog.

Regel 5: Michael Jackson mag eigenlijk nooit gecovered worden
En al helemaal niet acapella! Want hij heeft gewoon altijd een betere stem, namelijk, dus. 'Man in the mirror'? Ik zou zeggen doe maar niet in je eentje op een podium met gitaar. En wat doet die slijmschuiver daar? Alhoewel het iets over de kwaliteit van het nummer zegt dat het geheel toch nog overeind blijft.

Regel 6: Beat it mag sowieso alleen door the man himself gespeeld worden.
Dus Fall Out Boy met John Mayer op gitaar; ga je schamen. De oorspronkelijke solo van Eddie Van Halen wordt zowaar zonder gene gewoon compleet verminkt. En ook Amy Winehouse krijgt de volgende keer huisarrest. Met name omdat ze hier gewoon dronken is maar ook anders want se hep dur niet de choeie stem foor. Amy: BEAT IT!

Regel 7: Alleen een Rock chick als Joan Jet mag rock covers spelen, andere meiden dus niet!
Kan iemand Celine Dion zeggen dat ze gevaarlijk eng is als ze Angus Young na doet met de Chicken Strut. En nooit, maar dan ook nooit meer You shook me all night long coveren zonder schriftelijke toestemming van het voltallige AC/DC fanleger. En dat geldt ook voor Shania Twain die van hetzelfde nummer een Country Rock versie maakt.

Met zoete samenzang, viool en een slide-solo op een Hawaiian gitaar. Een wat? Een Hawaiian gitaar..... Wat heeft Angus haar aangedaan dat hij zo wordt teruggepakt?
Ook Hilary Duff moet tegen zichzelf in bescherming genomen worden als ze 'my generation' speelt, en Britney Spears als ze Satisfaction zingt of 'I love Rock And Roll' van, godbeterd, Joan Jet. Maar bovenal moet van hogerhand een decreet worden uitgevaardigd om Tori Amos achter die piano vandaan te sleuren, bij voorkeur nog voordat ze 'smells like teen spirit' muzikaal geweld aan doet. Kijkt en huivert:




Lees verder/Read more
»

gepubliceerd op donderdag 28 augustus 2008

muzikale ontdekkingsreis

Deze site moet iedereen bookmarken: Musicovery. Een site waar je een mood kunt instellen en die dan vanzelf de juiste muziek erbij zoekt. Zo kwam ik op de fraaie Alan Parsons cover 'Eye in the Skye' van Noa. Nooit van gehoord, maar met alleen gitaar en wat orgel op de achtergrond en zang een fraaie sobere uitvoering en een verademing ten opzichte van het zoetsappige origineel. Maar Musicovery biedt je een echte avontuurlijke muzikale reis:

Van de pop van Noa naar de jazz vanJohn Ambercrombie, de Americana van Eva Cassidy (het o zo fraaie 'Cathy's song') de chansons van Charles Aznavour (La Boheme), de mij volslagen onbekende Joey Calderazzo met Catania (Nooit van gehoord maar mooie rustige jazz) om uiteindelijk te eindigen bij de bijna Europees aandoende muziek van de Amerikaanse Rachael Yamagata met 'Paper Doll'. Ik zocht wat verder en vond hier een fraai live optreden van hetzelfde nummer waarbij ze zichzelf op gitaar begeleidt terwijl ze met haar naaldhak het ritme in het podium stampt. yep, zo hoort dat. Helaas breekt de video voortijdig af :( Hieronder dan maar een 'Artist Widget' die toegang geeft tot wat van haar muziek:

Banner 2 Banner 1 go!

Voor nu schrijf ik Noa, Joey Calderazzo en Rachael Yamagata (hier haar Myspace pagina met andere songs) op als nieuwe ontdekkingen. Niet slecht voor een half uurtje terloops luisteren!
De database is nog wat beperkt en ik zou graag een widget zien van Musicovery zodat die aan de site kan worden toegevoegd, maar zelf bieden ze een versie aan die op de mobiele telefoon kan worden ingezet als een soort van radio station. Ik snap niets van het businessmodel maar laten we hopen dat ze het redden want de dienst zelf maakt me meer dan blij :)



Lees verder/Read more
»

Why can't I play guitar like that

Een van de beroemdste en zeker muzikaalste intro tracks van een tv serie is Larry Carlton's Theme from Hill Street Blues. Ik kwam daar pas na jaren achter toen in de re run eindelijk de gehele tune bij de aftiteling werd gespeeld en er zich een wonderschone gitaarsolo bleek schuil te houden in het staartje van het themanummer. Larry Carlton is een jazz gitarist die eigenlijk in eerste instantie bekendheid kreeg als sessie muzikant voor o.a. Steely Dan en Joni Mitchell. Toen ik dankzij mijn broer ergens in de jaren tachtig de eerste LP van Lisa Dal Bello kado kreeg kwam ik bij de liner notes weer zijn naam tegen, naast die van andere sessiemuzikanten die op de weergaloze plaat nog aan het begin van hun carrière stonden en later naam maakten als solo muzikant (Michael McDonald) of met hun band (Toto).

Om die reden staat de plaat van Dal Bello voor mij ergens in het episch centrum van mijn muzikale ontwikkeling en volg ik de carrières van die onderhand oude muzikanten nog steeds op een afstand.
Larry Carlton wordt gezien als Jazz gitarist, maar is voor mij toch vooral een man van het mooie geluid en frazering in met name bluesy jazznummers. Voor mij dus niet zo'n Jazz vernieuwer als John Scofield maar wel een ongelooflijk goede jazz-blues gitarist. Geen wonder dan ook dat ik onlangs deze live-opname van hem vond waarin hij samen met gitaargod Robben Ford soleert.
Carlton heeft ook met Steve Lukather van Toto opgetreden, weer zo'n samenwerking waar je je pas jaren later van realiseert dat je die dus ook live had moeten zien. Hier zijn ze samen te horen met het fraaie 'Room 335'.

Ik meen in het akkoordenschema de hit 'Peg' van Steely Dan te horen. Toeval of creatief jatwerk? Hij was in ieder geval niet de gitarist van de solo, zoals blijkt uit de korte docu 'The Making of Peg' waarin ook Michael McDonald weer mag figureren.
Dat 'Room 335' klinkt zo ontspannen en gemakkelijk dat je denkt dat je het zo naspeelt. Ik weet het; arrogantie. Het lukt nog niet met een bezemsteel voor de spiegel, maar toch, met wat meer tijd, toewijding, aandacht... heel veel meer tijd... en toewijding.... zou het stukje solo lukken?
De eerste paar maten dan.
Forget it!
Maar mocht je het willen leren: meester Carlton geeft online gratis les.



Lees verder/Read more
»

gepubliceerd op woensdag 20 augustus 2008

Saxofonist Leroi Moore, 7 sep. 1961 - 19 aug. 2008

Foto van de overleden saxofonist LeRoi Moore LeRoi Moore tijdens een optreden met de Dave Matthews Band in de Roseland Ballroom in New York, op 9 mei 2005
Foto: foxnews.com
Tijdens zijn studietijd op de universiteit van Virginia leerde Moore tenor saxofoon te spelen. Nadat hij zijn studie afbrak richtte hij het Charlottesville Swing Orchestra op en het John D'earth Quintet.
Moore was zodoende al een gerenommeerd saxofonist toen hij begin jaren negentig Dave Mathews ontmoette. Nadat hij een demo bandje van Mathews hoorde (waarvan hij blijkens een later interview op z'n best niet onder de indruk was) besloot hij toe te treden tot de Dave Mathews Band, samen met een bevriende drummer en andere muzikanten. Naast saxofoon bespeelde Moore tevens de fluit en de basklarinet.

Moore stond er om bekend verschillende genres zeer goed te beheersen. Zo wisselde hij moeiteloos tussen verschillende stijlen als funk en R&B. Ook als gastmuzikant op verschillende albums toonde hij zijn veelzijdige jazz talent.

Op 30 juni 2008 kreeg LeRoi Moore op zijn 'farm' in Virginia, USA een vrij ernstig ongeluk met een quad, waarbij hij een paar gebroken ribben en een geperforeerde long opliep. Hoewel het in eerste instantie goed met hem leek te gaan en thuis met zijn revalidatie begonnen was, werd hij halverwege juli weer in het ziekenhuis opgenomen, alwaar hij aan complicaties overleed op 19 augustus jl.



Lees verder/Read more
»

Jamendo

Stan-X Stan-X
Wie Jamendo nog niet kent en het leuk vindt om zo nu en dan nieuwe artiesten te ontdekken moet die site zeker bezoeken. Gewoonlijk promoot ik hier geen websites, maar Jamendo is een ontzettend leuke site om een avondje op door te brengen. Je vindt er muziek die je legaal mag downloaden of beluisteren in allerlei stijlen en uit alle windhoeken.
De stijlen variëren van blues, jazz, disco, reggae, poprock, punkrock en gothic tot rap, hiphop, house, electronic, ambient, techno en trance. Artiesten zijn afkomstig van Polen tot Canada en van Argentinië tot België.

Alle muziek op Jamendo valt onder de Creative Commons licentie, net zoals de teksten op deze blog. Iedereen die zich aan deze licentie wil confirmeren mag zijn muziek op Jamendo zetten. Hierdoor kom je veel zeer gemotiveerde muzikanten tegen. Soms is dat tegen beter weten in, of zelfs zonder een grijntje zelfkritiek. Soms vraag je je af waarom ze nog geen contract hebben bij een groot bekend platenlabel.
Het viel me overigens op dat Franse artiesten en bands zeer goed vertegenwoordigd zijn, maar dat ook Zuid-Amerikaanse bands en Poolse bands de site gevonden blijken te hebben. Nederlandse bands heb ik nog maar sporadisch gevonden en tot nutoe nog niet een die naar mijn smaak de moeite waard is. Maar ik word graag van het tegendeel overtuigd!

Tegelijk doet je dat overigens beseffen hoe verschrikkelijk moeilijk het dus is om originele muziek te schrijven. Denk aan Michael Jackson, Prince, Stevie Wonder, Michael McDonald, Ambrosia, The Beatles, The Rolling Stones, Madonna, enfin, noem ze maar op... Vooral na een bezoek aan Jamendo kun je alleen nog maar meer respect hebben voor deze artiesten en voor de doorzetters die na jaren alsnog weten door te breken.

Ik zal vanaf nu met enige regelmaat een artiest belichten van de Jamendo site. Vandaag is dat Stan-X met de gelijknamige CD. De stijl wordt door hen zelf omschreven als Jazz Funk Fusion. Kijk op deze link op Jamendo om het album te beluisteren. Het is zeer de moeite waard. Misschien niet vernieuwend, maar wel erg lekker. Koptelefoon op en genieten van een paar uitstekend musicerende Fransozen.



Lees verder/Read more
»

gepubliceerd op zaterdag 16 augustus 2008

'Rythm and Blues' pionier Jerry Wexler, 10 jan. 1917 - 15 aug. 2008

Photograph of Jerry Wexler Jerry Wexler
Foto: Associated Press
Zijn naam is geen 'household name', maar Wexler is degene die in 1949, toen hij als journalist voor het muziekblad Billboard werkte, de term 'Rythm and Blues' gaf aan het genre muziek dat daarvóór in de zwarte muziek lijsten van het blad nog werd aangeduid als 'Race Music'.

In 1953 werd Wexler partner bij Atlantic Records. Daar hielp hij de carrièrres op gang van ondermeer Ray Charles, Wilson Pickett en Aretha Franklin. Hij was betrokken bij de totstandkoming van de hits 'Respect' (Franklin), 'When a Man Loves a Woman' (Percy Sledge) en 'In the Midnight Hour' (Pickett). Er werd over hem gezegd dat Rythm and Blues door zijn aderen stroomde. Solomon Burke zei over hem onder andere "He loved black music, R&B music and rhythm and blues was his foundation."

Wexler ontdekte Stax Records, waardoor de artiesten van Stax de ranken van Atlantic versterkten. De voor Atlantic nieuwe en verfrissende manier van platen opnemen en produceren die bij Stax gewoon was werd door hem geïntroduceerd bij Atlantic artiesten als Wilson Pickett en Sam & Dave.
Dit bleek weer artiesten aan te trekken uit geheel andere muziekstromingen, die zich graag wilden associëren met het label van hun Soul en R&B helden. Zo contracteerde hij ondermeer Duane Allman, Led Zepelin (op een voorstel van Dusty Springfield), Cream, Yes en Emerson Lake and Palmer.

Nadat hij in 1975 Atlantic verliet was hij als freelance producent betrokken bij de producties van artiesten als Dr. John, Dire Straits, Bob Dylan, Allen Toussaint, Santana, Linda Ronstadt, George Michael en nog veel meer.

Door de mensen die hem gekend hebben zal hij herinnerd worden als een van die platenbonzen die de platenmaatschappij leiding gaven, maar daarnaast ook de muziek produceerden én in de studio rondliepen om contact te hebben met de artiesten.

Dit laatste leidde in 1966 tot een van zijn grootste triomfen: het contracteren van Aretha Franklin. Franklin hield zich op dat moment bezig met cabaret. Wexler herkende echter haar unieke talent. Hij spoorde haar aan zelf achter de piano plaats te nemen en weer te zingen zoals ze dat gedaan had in de traditie van de zwarte kerkmuziek. Zo introduceerde hij de muziek van 'zwart Amerika' aan de rest van Amerika. De schok die dit teweeg bracht veranderde de Amerikaanse muziek cultuur. Sterker nog, artiesten als Mariah Carey en Whitney Houston, die zonder de ster van Franklin zelf niet zo fel gestraald hadden, danken hun bestaansrecht aan Wexlers talent bij artiesten het beste uit zichzelf naar boven te halen.

In 1987 werd Wexler toegelaten tot de Rock and Roll Hall of Fame. Bij die gelegenheid werd over hem gezegd: "Wexler's efforts at Atlantic helped bring black music to the masses, and in so doing built a significant and lasting bridge between the races". Hij was een van de eerste niet-artiesten die deze eer te beurt viel.

Zijn autobiografie Rhythm and the Blues is een standaard werk voor elke muziekliefhebber die geïnteresseerd is in de geschiedenis van Amerikaanse muziek.

Jerry Wexler overleed vrijdag 15 augustus in een verzorgingstehuis in Sarasota, Florida op 91-jarige leeftijd.

Klik hier voor zijn eigen pagina in de Rock and Roll Hall of Fame.
Zie hier voor een lijst van artiesten waar Wexler mee heeft samengewerkt



Lees verder/Read more
»

gepubliceerd op donderdag 14 augustus 2008

Isaac Hayes, 20 aug. 1942 - 10 aug. 2008

Soul Men Bernie Mac & Isaac Hayes en Samuel L. Jackson Bernie Mac & Isaac Hayes met Samuel L. Jackson, Soul Men - Foto: Doug Hyun
Tina Turner, ABBA, B.B. King en Hall & Oates beginnen nog aan nieuwe albums, tournees, musicals of een combinatie daarvan. Ook Isaac Hayes zat nog vol ideeën en initiatieven. Zo had hij net de opnamen voor de film "Soul Men" met ondermeer Bernie Mac en Samuel L. Jackson achter de rug. Helaas is het hem niet gegeven het succes hiervan te proeven. Op 10 augustus 2008 werd hij door zijn vrouw levenloos gevonden naast een loopband in zijn huis in Memphis, Tennesee, slechts tien dagen voor zijn zesenzestigste verjaardag.

Hayes was een van de artiesten die Stax Records niet slechts op de kaart zette, maar tevens groot maakte. In het midden van de jaren zestig van de vorige eeuw werkte hij als sessie muzikant voor artiesten als Wilson Pickett en Otis Redding. Met tekstschrijver David Porter schreef en produceerde hij hits voor ondermeer Carla Thomas en Johnnie Taylor.
Iedereen die de film "The Blues Brothers" heeft gezien kent de scene waarin Jake en Elwood de klassieker 'Soul Man' ten gehore brengen. De originele versie van dit nummer werd door Hayes geschreven voor Sam and Dave, die ook zijn nummer 'Hold On, I’m Comin’' vereeuwigden. Behalve dat het hier gaat om geweldige muziek, kregen deze nummers hun eigen betekenis in de geschiedenis van de Amerikaanse Burgerrechten Beweging van de jaren zestig.


Het album dat van Hayes echter instant een ster maakte was 'Hot Buttered Soul' uit 1969. Met zijn geschoren glimmende kop, de zware gouden kettingen en zwarte zonnebril mat hij zich een 'image' aan dat voor velen onweerstaanbaar was. Op dit album bediende hij zich als een van de eerste zwarte zangers van 'raps', die hij vooraf liet gaan aan de nummers. Get album werd een platimum hit. Het was zijn tweede album! Met zijn nieuwe image van 'black bad guy' legde hij de grondslag voor de soundtrack van de zogenaamde 'Blaxploitation' film "Shaft" uit 1971, waarvoor hij ondermeer het intrigerende gelijknamige nummer componeerde. Het nummer stond twee weken nummer 1 in de Billboard Hot 100 en Hayes won er een Academy Award mee voor het beste originele themanummer.
Hayes was een legende en muziekgrootheid door de manier waarop hij luisterde naar muziek en mensen naar zijn muziek liet luisteren. Hij werd in de jaren negentig bovendien opnieuw bekend onder jongere muziekliefhebbers, toen hij de stem van Chef leverde in de animatieserie "South Park".

Hayes overleed net twee dagen nadat komiek Bernie Mac in een ziekenhuis in Chicago overleed aan complicaties bij een longontsteking. Mac was al geruime tijd ziek.
Mac en Hayes spelen samen met Samuel L. Jackson een hoofdrol in de film 'Soul Men', die in de USA eind oktober, begin november in première gaat. De film verhaalt over twee mannen die ooit als achtergrondzangers in een soul band zongen, Louis (Samuel L. Jackson) en Floyd (Bernie Mac). Ze reizen door de VS om op te treden tijdens een concert ter ere van hun vroegere beroemde bandleider, gespeeld door John Legend. Ze hebben elkaar in twintig jaar tijd niet gesproken, maar besluiten uiteindelijk samen te reizen. In "Soul Men" zingen en dansen Jackson en Mac zelf. Hayes speelt de rol die hem op het lijf geschreven was: zichzelf.

"Damn Right!"

Twee dagen na zijn overlijden liet de politie van Memphis weten dat Isaac Hayes is gestorven aan een beroerte. Zijn arts bevestigde dat hij eerder dit jaar al werd getroffen door een kleinere beroerte.

Luister op npr.com naar een interview met Isaac Hayes



Lees verder/Read more
»

gepubliceerd op vrijdag 8 augustus 2008

Lekkere orgeltjes

Lekkere orgeltjes kennen we sinds het ontstaan van de gospelmuziek. Aretha Franklin, Whitney Houston, Al Green, Anita Baker, allemaal hebben ze geweldige gospelsongs gezongen met heerlijk sexy orgeltjes. Denk echter niet dat het gebruik van sexy orgeltjes voorbehouden is aan zwarte gospelmuziek, of zelfs maar aan gospelmuziek per se.

Ik noem vijf nummers, in willekeurige volgorde, waarin een lekker orgeltje de hoofdrol opeist:
  • Kenny Loggins - If You Believe (Leap of Faith, 1991)
  • Michael McDonald - For Once In My Life (Soul Speak, 2008)
  • Steve Winwood - Why Can't We Live Together (About Time, 2003)
  • Les Dudek - Cruisin' Groove (Les Dudek, 1976)
Het vijfde nummer bevat het allerlekkerste orgeltje aller tijden: Boz Scaggs - Runnin' Blue (Greatest Hits Live, 2004). Bovendien hoor je een gevaarlijk lekkere sax, bijzonder lekkere piano en een intimiderend lekkere trompet.

Kippenvelmuziek!!



Lees verder/Read more
»